Preek Zondag 25
Door Ds. HW van Egmond, gehouden te Bedum, 23.02.2020
Liturgie
Middagdienst
- Votum + zegengroet
- Psalm 81:1,2,7,8
- Gebed
- Lezen
- Kolossenzen 2:1-15
- Psalm 25:2,6,7
- Tekst
- Zondag 25
- Psalm 105:1,3,5
- ApGelBel
- Gezang 19:1,4
- Gebed
- Dienst der offeranden
- Psalm 89:6,7
- Zegen
Preek
Gemeente van onze Here Jezus Christus, broeders en zusters jongens en meisjes,
Met welke verwachting komt u ’s zondags naar de kerk?
Wordt die bepaalt door de man die voorgaat? Niet elke preker is hetzelfde.
De één spreekt vlot en helder, een ander is weer moeilijk te volgen.
Je kunt ook naar de eredienst komen met de gedachte: we gaan samen met de broeders en de zusters de HERE ontmoeten?
En hoe maken we ons klaar voor de eredienst? Bidden we elke zondagmorgen om Gods genade dat Hij ons in de eredienst zal versterken in het geloof en van de zekerheid van de vergeving van de zonden?
En verder ook dat we in de eredienst bemoedigd zullen worden tot een hartelijk en blij christelijk leven? Want – en daar gaat het om in de eredienst – we hebben hier te maken met de Heilige Geest die hier in ons midden werkt door de verkondiging van het Woord.
Elke zondag horen we twee keer dat de Here ons vergeving en leven geeft.
Omdat zijn Zoon Jezus Christus geleden heeft en is opgestaan, klinkt hier elke zondag die blijde boodschap dat er vergeving is van onze zonden en het leven tot in eeuwigheid.
Maar bij de afkondiging van deze genade geeft de Here ook afbeeldingen.
Zeg maar: plaatjes waarmee God laat zien wat Hij laat horen.
De catechismus houdt die twee delen die van het horen en die van het zien bij elkaar.
In één zondag brengt zondag 25 het ons onder de aandacht.
We horen het Woord van God en in de sacramenten zien we hoe God het met dit Woord ook echt meent.
Zo komt Christus het ons overduidelijk op het hart binden: uw leven staat onder mijn zorg.
We hebben de preek over zondag 25 samengevat onder het thema:
DE GENADE DIE GOD ONS IN DE PREDIKING LAAT HOREN
KOMT HIJ ONS VERZEKEREN IN HET GEBRUIK VAN DE SACRAMENTEN
Laten we eerst eens even de grote lijn van de catechismus oppakken.
Zondag 7 kwam met de vraag: wat is waar geloof?
Deze vraag was nodig omdat eerder gezegd was dat alleen die mensen de verlossing van de zonden en het eeuwig leven krijgen die door waar geloof bij Christus zijn ingelijfd.
Want omdat Adam gezondigd heeft dragen alle mensen de dood met zich mee.
Niemand kan leven met God. Niemand is vrij van de schuld van de zonden.
Alle mensen zijn voor God onrechtvaardig.
Maar als we gelóven dat Jezus Christus op onze plaats Gods toorn over onze zonden gedragen heeft en daarom de dood is gestorven,
als we dat gelóven zullen we leven met God in eeuwigheid.
Toen kwam natuurlijke die onvermijdelijke vraag maar wat is dan waar geloof?
Daarop gaf de catechismus als antwoord: waar geloof houdt alles voor waar en echt en betrouwbaar wat God ons in zijn Woord heeft geopenbaard.
De Bijbel, de Schriften zijn Gods evangeliewoord en waar geloof vertrouwt daar op.
Zonder meer. De ware gelovige leeft met dat Woord van God.
Met zondag 23 hebben we toen beleden: door dit ware geloof zijn wij rechtvaardig voor God.
Omdat Christus stierf aan het kruis en daar in zijn onuitsprekelijke lijden mijn zonden heeft verzoend, daarom ga ik voor God vrij uit en mag ik het eeuwig leven beërven.
Maar als dit geloof in Christus ontbreekt is er geen vrijspraak voor de rechterstoel van God. Blijven we voor God onrechtvaardig.
Wie aan de boodschap van de Bijbel voorbij gaat en er wellicht om lacht of denkt het zelf beter te weten, die laat zelf de genade van de vergeving en van het leven vallen.
Daarom is het reuze belangrijk om te weten waar dat geloof vandaan komt. Antwoord 65 geeft daarop het antwoord dat de Heilige Geest dit geloof in onze harten werkt door de verkondiging van heilig evangelie.
De catechismus bedoelt hier niet: da je het geloof krijgt wanneer je van de Bijbel kennis neemt.
Zoals meerdere ongelovigen dat doen die de Bijbel lezen als een historisch boek over de oudheid. Anderen nemen kennis van de Bijbel om die Bijbel juist te bestrijden.
Maar broeders en zusters wij staan in de gemeenschap der heiligen.
Een gemeenschap waar Christus ons als broeders en zusters aan elkaar heeft gegeven.
En in ons middag gaf Christus de Heilige Geest.
Hier woont en werkt die Geest.
Die Geest is er bij wanneer wij de Schrift horen voorlezen;
En ook wanneer we de Here loven en danken in onze gebeden.
Maar in de weg van de verkondiging laat de Here de kracht van zijn verlossende genade ons hier door de Heilige Geest op het hart binden.
Dat bevrijdende evangelie van genade en verlossing moet gehoord worden.
De mensen moeten worden opgeroepen dit mooie nieuws te geloven opdat ze van het oordeel van God gered worden.
Jesaja moest ook met die opdracht naar Gods volk toe, hoofdstuk 40: “Klim op een hoge berg vreugdebode Sion.
Je bent evangelieprediker van Gods volk!
Klim op een hoge berg
verhef uw stem en zeg tot de steden van Jeruzalem, de stad Gods: zie hier is uw God”.
Door de verkondiging, zet de Here heel zijn volk onder de klem van zijn boodschap.
Het wordt u hier (hoofd voor hoofd) onder de verkondiging verzekerd: het werk van Jezus Christus is ook voor u volbracht.
Maar geloof dat evangelie dan ook! En dank God om zijn genade.
Broeders en zusters het geloof in dat evangelie komt niet ons leven binnen zonder of los van het werk van de Heilige Geest.
Antwoord 65 zegt heel duidelijk: de Heilige Geest werkt het geloof in ons hart door de verkondiging van het heilig evangelie en Hij versterkt dat geloof door het gebruik van de sacramenten.
De catechismus wijst ook op de sacramenten waarmee de Geest ons geloof versterkt.
Sacramenten zijn (zeg maar) de plaatjes die de Heilige Geest gebruikt.
Zo’n plaatje zie je geregeld, als er een kind gedoopt wordt.
Dan zie je hoe er water op het hoofd van dat kind komt en dan lijkt het er wel op alsof dat kind gewassen wordt.
Tegelijk zegt de dominee: Ik doop je, ik was je in Naam van in opdracht van de Vader en de Zoon en de Heilige Geest.
Je ziet het plaatje van het waterbad, maar als je goed luistert hoor je dat het gaat om het werk en de liefde van de Here Jezus.
Zijn bloed wast ons schoon van het vuil van de zonde.
In de kerk gebruiken we ook nog een ander plaatje waardoor de boodschap van de verkondiging wordt uitgelegd.
Dat is het avondmaal.
Zoals het brood wordt gebroken en zoals de wijn wordt vergoten, zo heeft Christus zijn lichaam en bloed gegeven om ons vast te houden bij de genade van de vergeving van de zonden en het eeuwig leven.
Dat proeft iedereen die in waar geloof dat brood eet en die wijn drinkt.
Wie gelooft zegt: zo zeker als ik dat allemaal proef zo zeker heeft Christus al dat werk ook voor mij volbracht.
Broeders en zusters als u wilt leven onder Gods genade, laat dan uw plaats niet leeg in de kerk. Noch onder de prediking noch aan het avondmaal.
Want hier in het huis van God werkt de Heilige Geest dat hartelijke en ware geloof dat de volle genade van God aanneemt.
Dat doet de Geest zowel in de verkondiging van het evangelie alsook in het gebruik van de sacramenten.
Altijd weer, in elke eredienst gaat het om die boodschap van de geweldige genade van God in Jezus Christus.
Dat leven met het evangelie is de enige weg om voor God te leven.
Vergelijk Kolossenzen 2:8 Pas op dat niemand u als buit meesleept door de filosofie en de inhoudsloze verleiding volgens de overlevering van de mensen volgens de grondbeginselen van de wereld en niet volgens Christus.
Paulus waarschuwt hier tegen de kracht van het ongeloof, dat zich los maakt van de Schrift en zich onttrekt aan het werk van de Heilige Geest Ongeloof dat zich de weg laat wijzen in het leven door dat wat mensen bedenken.
Dat zijn mensen die menen dat ze buiten de genade van Christus om zichzelf kunnen verlossen.
Maar broeders en zusters Christus is het enige offer voor de verzoening van al onze zonden.
Denk er wel aan zegt Paulus in vers 9, in Christus woont al de volheid van God.
De hele volheid, omvang, de rijkdom van de genade van God ligt vast in Jezus Christus. Buiten Christus is er geen verlossing van de zonden.
Wie Christus afwijst komt niet tot God.
Buiten de Zoon om Delen we niet mee in de genade van Jezus Christus.
Ja zegt Paulus in Christus is al Gods genade en heel zijn liefde zonder reserve aanwezig.
In Christus is Gods genade zelfs als het ware te tasten.
Heel dat werk van de verlossing is echt waar: Christus riep het uit: het is volbracht.
En vanuit de hemel deelt Hij de winst van zijn werk uit.
En kijk broeders en zusters die genade wordt u in de verkondiging op het hart gebonden en in de sacrament aan u uitgetekend en verzekerd
Antwoord 66 de sacramenten doen ons de beloften van het evangelie nog beter verstaan, namelijk dat God ons om het enig offer van Christus alle zonde vergeeft en het eeuwig leven uit genade schenkt.
Dat is de volle genade van God.
Maar broeders en zusters deze genade moeten we nu ook gebruiken.
Maar eerst dit: sommigen vragen zich af of hun doop en of het avondmaal wel echt is.
Maar gemeente bedenk dan wel dat de waarheid van wat God doet en geeft in doop en avondmaal niet van ons afhangt.
Of om het anders te zeggen: de betrouwbaarheid van de schatten die God geeft bij het sacrament zijn niet afhankelijk van ons geloof !
Het is verkeerd om te zeggen: doop en avondmaal zijn alleen echt voor de gelovigen en voor de ongelovigen is alles maar schijn.
Alsof God hen niets heeft verzekerd en meegegeven.
De mensen die dit denken zeggen: als er geen geloof is bij de viering van het avondmaal dan heeft dit avondmaal geen zin en heeft God niets gedaan.
Maar let op gemeente met deze redenering zeg je eigenlijk:
als wij door ons ongeloof ons hart voor doop en avondmaal
gesloten houden dan zou God in dat sacrament geen enkele verzekering hebben gegeven van de heerlijkheid van zijn beloften.
De echtheid, of de waarheid, van de sacramenten zou dan helemaal afhankelijk zijn van onze houding: van geloof of ongeloof.
Maar broeders en zusters zo doen we geweldig tekort aan de unieke en machtige trouw van onze God.
Want in de sacramenten verzegelt God ons altijd zijn trouw. Aan ons allemaal.
Hij komt het preken door het Woord én het ons verzekeren in de sacramenten: de volle genade van Jezus Christus komt tot u.
Ja broeders en zusters, jongelui, al die genade is echt en heus aan ons vastgemaakt in de heilige doop. En het wordt ons steeds weer echt verzekerd in de viering van het avondmaal.
Alleen: U moet deze verzekering die God in de sacramenten geeft wel in waar geloof gebruiken.
Antwoord 65: De Heilige Geest versterkt het geloof door het gebruik van de sacramenten.
En antwoord 66: sacramenten zijn heilige tekens en zegels, die God heeft ingesteld om ons door het gebruik daarvan de belofte van het evangelie nog beter te doen verstaan.
De catechismus denkt bij dit “gebruik” niet aan even een stukje brood eten en een slok wijn drinken en dan over en uit, terwijl uw gedachten niet verder gingen dan alleen het eten en drinken, met een houding van: we hebben het weer gehad.
Wanneer u zo het sacrament gebruikt, uit sleur of met een afstandelijke houding dan komt er een oppervlakkige en lauwe houding die niet verder denkt dan aan dat ene ogenblik. Deze mensen zeggen: de doop is één keer gebruikt en het avondmaal gebruiken we even vier keer in het jaar.
Maar dat is niet het gebruiken dat de catechismus hier bedoelt.
Laten we eens naar het formulier luisteren:
wanneer we het brood en de wijn gebruiken, dan moeten we niet alleen op de tekenen van brood en wijn blijven zien, maar onze harten omhoog!
Letten op Jezus Christus, die in de hemel is en daar alsmaar door voor ons pleit aan de rechterhand van de Vader.
Laten wij vast geloven dat wij door de
werking van de HG even zeker met zijn lichaam en bloed aan onze zielen gevoed en verkwikt worden als wij het heilige brood en de heilige drank tot zijn gedachtenis gebruik.
Het brood en de wijn gebruiken betekent: vast geloven dat wij
even zeker met zijn lichaam en bloed gevoed en verkwikt worden als wij
dit brood en deze wijn tot zijn gedachtenis ontvangen.
De sacramenten gebruiken betekent: dat we altijd letten op Christus.
En dat we er vast op vertrouwen dat Jezus Christus alles wat Hij heeft verdiend aan ons uitdeelt.
Wie oprecht gelooft die zegt: even zeker als ik het brood en de wijn heb geproefd, is de genade van Christus ook voor mij.
Ja in alle situaties van mijn leven,
In de verzoeking van rijkdom en voorspoed maar ook in de moeiten van armoe en ziekte; Mag ik leven in de gemeenschap met Christus.
Dat is het echte gebruik van de sacramenten.
Paulus trekt in vers 6 en 7 ook deze lijn: nu u de volle genade van
God gelooft en gebruikt, ja, neem nu de gemeenschap met Jezus Christus die u in doop en avondmaal is verzekerd en verzegeld serieus.
Wandelt in Hem. Laat het horen en zien dat u leeft uit die genade.
Kom er voor uit dat u uw kracht en bemoediging ontvangt uit het lijden en sterven van Jezus Christus.
Zo staan we dan als christenen in deze samenleving met een echt en hartelijk vertrouwen dat Jezus Christus bij ons is.
Kies dan voor de God van ons heil.
En houdt afstand van elke propaganda die tegen de geboden van God ingaan.
En wanneer wij strijden met de vraag of God wel bij ons is: Of Christus ook wel voor mijn zonden heeft betaald, Let dat op het gepreekte Woord en gebruik de sacramenten.
Want even zeker als dat doopwater op u was en de tekenen van het avondmaal zijn geproefd even zeker zijn Gods beloften dat Hij onze Vader wil zijn in Jezus Christus.
en Christus heeft al onze zonden en onze ongehoorzaamheid in zijn lijden en sterven verzoend. En verder bewaart Hij ons ook bij de zaligheid. Alles is genade.
Een genade die ons aan alle kanten op het hart wordt gebonden.
In de verzen 10 tot 13 rolt Paulus deze schat van de zaligheid voor ons uit.
Vers 10 en verder: In Jezus Christus, die het Hoofd is over alle overheid en macht hebben zijn gelovigen de troost ontvangen.
Vers 13 God heeft ons toen we dood waren in de overtredingen samen met Christus levend gemaakt door ons al onze overtredingen te vergeven.
Omdat alles genade is hoeven wij niet zelf een weg naar de hemel te zoeken.
Het Woord is een lamp voor onze voet en een licht op ons levenspad.
De zekerheid hiervan is ons in de doop verzekerd en die zekerheid proeven we ook elke keer weer aan het avondmaal.
En Jezus Christus onze Heiland onderstreept het ons in de sacramenten op mijn genade en trouw kunt u bouwen: voor altijd en overal.
Wanneer we nu naar de eredienst komen laten we dat dan doen in de zekerheid dat we hier de Here onze God ontmoeten. In de weg van de Schriftuurlijke prediking komt Hij hier tot ons en onderstreept Hij voor ons zijn trouw en waarheid.
Bovendien zet Hij elke keer wanneer er een kind wordt gedoopt of wanneer het avondmaal wordt gevierd, dan onderstreept de Here ons die trouw. Het is allemaal echt waar. Bouw nu maar vol vertrouwen op de beloften van mijn verbond.
Want Ik de Here ik zal mijn trouw en waarheid nimmer krenken maar mijn verbondswoord dat Ik laat preken en verzegelen eeuwig gedenken.
Laten wij dan broeders en zusters in waar geloof deze God om zijn werk en wijsheid altijd loven en Hem met een juichend hart overal verhogen.
Want daarvoor heeft Hij ons zijn genade verkondigd én verzekerd.
Amen.