Preek Zondag 12

Preek Zondag 12
Door Ds. HW van Egmond

Liturgie

  • beginpsalm
    • Psalm 80: 1,10
  • na de wet
    • Psalm 7 : 1,3,5
  • gebed
  • schriftlezing
    • Psalm 2
  • tussenpsalm
    • Psalm 147: 1,4,5
  • tekst
    • Zondag 12
    • D.L. II art. 8.9
  • na de preek
    • Gezang 25: 2,3
  • gebed
  • collecte
  • slotpsalm
    • Psalm 2: 4

Preek

Gemeente van onze Here Jezus Christus, broeders en zusters, jongens en meisjes,

Ik denk dat we allemaal wel weten wat een: ,’ambtenaar’ is.
Dat is iemand die werkt bij de overheid: de gemeente, de provincie of het rijk.
Zo’n ambtenaar staat in dienst van mensen die boven hem staan.
Bijvoorbeeld, een burgemeester of een minister.
In elk geval zo’ n ambtenaar krijgt van hogerhand zijn opdrachten.

Wanneer we nu letten op onze verhouding met God zou je kunnen zeggen dat wij in dienst staan van God, de almachtige Heerser over hemel en aarde, en van Jezus Christus, onze Here.
God de Vader en Jezus Christus vragen van ons dat we naar Hen opkijken, en naar Hen luisteren opdat we met heel ons leven, denken doen en spreken dienst doen voor Hem, de Drieënige.

Wat betekent dat allemaal voor ons?
Welke gevolgen heeft die dienst voor God?
Wat moet je doen en welke middelen krijgen we daarvoor?
Of moet je alles zelf maar regelen?

Broeders en zusters, God is de Almachtige.
Hij is de Schepper van alles.
Daarom heeft Hij ook recht op alles.
Niets en niemand kan van onder Zijn regering weglopen.
Want God houdt alles in Zijn hand.
En er is geen mens of schepsel, ook geen satan of welke macht ook maar dat onze God van zijn stuk zal brengen.
God is in alles volmaakt en trouw. Ook in Zijn Woord en in Zijn beloften aan ons.

Letten we op onszelf in verhouding met deze God, dan wordt snel duidelijk dat onze dienst voor Hem niet volmaakt is.
We moeten het eerlijk zeggen, wij schieten tegenover God altijd tekort.
Wij zijn nooit volmaakt in onze gehoorzaamheid aan God.

Echter (en daar wil Zondag 12 ons mee bemoedigen)
Er is één Ambtsdrager die als echt Mens in Zijn ambtsdienst in alles aan God gehoorzaam is geweest: Jezus Christus.

Ja, tot in de diepste aanvechting en moeiten heeft Hij gestreden om trouw Zijn ambt te vervullen.
En ook heden nu Hij is verhoogd, blijft Hij gehoorzaam bezig om ons, Vaders volk, alles te geven voor onze ambtsdienst voor God.

We preken u Zondag 12 onder het thema:

DE AMBTSDRAGER CHRISTUS WERKT AAN ONZE TOERUSTING
OPDAT OOK WIJ IN VADERS DIENST ZULLEN WERKEN.

(I:)
Vanaf Zondag 11 is de Catechismus bezig om ons de namen van onze Heiland uit te leggen.
Zondag 11 begon met de naam Jezus.
Dat betekent: Redder van de zonden.
Jezus droeg de toorn van God over onze zonden en zo heeft Hij het eeuwig leven voor ons gekocht.
Net zoals Jozua voor Gods volk uitging Kanaän binnen, zo is Jezus ons voorgegaan in het huis van Zijn Vader.

Dan volgt in de belijdenis van het apostolicum die naam Christus.
Deze naam wijst op de verhouding van Jezus met Zijn Vader.
Het gaat hier om de plaats van Jezus in het werk van de Drieënige God.
De Vader zendt de Zoon, en de Zoon werkt in de kracht van de Heilige Geest in de volle gehoorzaamheid aan Zijn Vader.

Maar zowel Vader, Zoon en Heilige Geest doen hun werk in een volledig open onderling overleg met het oog op het waarmaken van Gods raadsplan, om Zijn uitverkorenen te verlossen tot een leven tot eer van God, Dordtse Leerregels II art.9.

Nu zoals Zondag 12 direct al zegt: in dat werkoverleg van de Drieënige heeft God de Vader Zijn Zoon aangesteld, geroepen om als onze Heiland, onze Verlosser op te treden.
De Vader riep Hem en de Zoon nam de opdracht op zich om Vaders plan uit te voeren opdat Vaders uitverkoren volk het eeuwig leven zal ontvangen.

Vergelijk voor dit aanstellen van Christus door Zijn Vader, de Dordtse Leerregels II art. 8, daar lezen we een paar keer: “God heeft gewild”.
En dan volgt er telkens dat God heeft gewild dat Christus met het oog op Gods raadsplan Zijn uitverkorenen zal verlossen van de zonden; hen door de Heilige Geest het geloof zal schenken en ook dat Christus Gods volk tot het einde toe trouw zal bewaren.

De Catechismus vat dit alles samen als de Vader heeft Hem voor al dat werk aangesteld.
Christus is geroepen door Zijn Vader om al dat werk van verlossen en verhogen te vervullen.
Dat hele evangelie dat deze Zoon van God ons zal verlossen van de zonden en het eeuwig leven voor ons zal kopen dat klinkt mee in die naam Christus.
Hij is door de Vader aangesteld als onze Verlosser.

Letterlijk betekent die naam Christus: Gezalfde.
We kennen vast wel een paar geschiedenissen uit het Oude Testament waar mensen gezalfd werden.
Heel bekend is de zalving van Aäron.
Psalm 133: bij zijn zalving vloeit de zalfolie langs de baard en de mantel van Aäron.
Heel de persoon van Aäron is doortrokken van die zalfolie.
Zo staat Aäron als gezalfde in het ambt van hogepriester om God te dienen in de eredienst van de verzoening.

En hoe bekend is ook niet de geschiedenis van de zalving van David, in 1 Samuël 16?
Al zijn broers gaan hem voor, maar de Here wijst tenslotte David aan als de man die door Samuël met die zalfolie overgoten moet worden.
Zo roept God David tot het ambt van koning.
Ziet u: God stelt de priesters, de profeten en koningen aan.
De Here roept hen om als ambtsdragers voor Hem aan de slag te gaan.

En zoals bij de zalving de zalf het kleed van de gezalfde doortrekt en zoals de geur van die zalf om de gezalfde heen hangt waar hij ook gaat even zeker mag die gezalfde erop rekenen dat de trouw en de kracht van zijn Opdrachtgever (de Here) met hem meegaat.
De Here zal hem (door Zijn Heilige Geest) helpen en kracht geven met Zijn heilrijke rechterhand.
Hij zal als de trouwe God ook voor Zijn ambtsdragers zorgen.
Bij al hun werk. Dat is ook tot bemoediging voor alle ambtsdragers.

Vergelijk Psalm 2. De psalm tekent opstand op aarde: revolutie tegen de HERE én zijn Gezalfde.
Vers 2, de koningen van de aarde stellen zich op en de vorsten spannen samen tegen de Here en zijn Gezalfde.
De mensen van de revolutie willen onder de regering van de HERE vandaan.
Vers 3: ‘laten wij de banden van de Here en zijn Gezalfde verscheuren en hun touwen van ons werpen’.
Zo brullen de arroganten en betweters.
Ze willen dat hun eigen regels over goed en kwaad het bestuur van de wereld zullen bepalen.

De wil van de mens staat bovenaan. Geen God en geen meester.
Weg met alle kerkelijke en christelijk normen.
Om de dienst en de eer aan God wordt gelachen.
Iedereen gaat zijn eigen gang met geen ander doel dan rijkdom, sportvermaak.
Amusement dat maar kort duurt. En morgen zien we wel weer verder.
Gelijkheid en inspraak met rechten van de mens dat staat bovenaan.
Tot in de kerk aan toe, wanneer mensen daar menen dat de meerderheid van de gemeente de waarheid in pacht heeft. Zo klinkt de taal van de revolutie.

Broeders en zusters, de Here lacht over al dat gebrul.
Want al dat geschreeuw; al die grootspraak: heeft geen enkele kracht. Je bereikt er niets mee.
Let maar op al die schreeuwende politici uit het heden en verleden.
Zij zouden een nieuwe wereld stichten naar de wetten van hun dictatuur.
Maar wat is daarvan terecht gekomen? In de puinhopen is hun revolutie geëindigd.

Maar de troon van onze God wankelt niet!!
De Here spot met Zijn vijanden; Hij lacht om iedereen die denkt dat ze zich met een eigen programma van Hem kunnen losmaken.
Want nooit geeft de Here Zijn heerschappij over de volken en de vorsten uit handen.

Samen met Zijn Gezalfde Koning werkt Hij met vaste hand verder naar de jongste dag!
Ja, broeders en zusters, Gods eigen Zoon (onze Here Jezus Christus) Hij is de gezalfde die als Ambtsdrager in de dienst aan Zijn Vader, al de revolutionaire vijanden overwint en wegen baant om Gods raadsplan waar te maken.

De Catechismus omschrijft dit ambt van de Ambtsdrager Christus als: Hij is onze hoogste Profeet; onze enige Hogepriester en eeuwige Koning. In het strijdperk tegenover die revolutionaire machten staat daar Christus als onze Profeet, Priester en Koning.

Dat maakt de Here hier in Psalm 2 bekend: deze Gezalfde is Mijn Koning; Ik heb hem aangesteld.
Vers 6: Ik heb mijn koning toch gezalfd, over Sion, mijn heilige berg.
Opdrachten van God zijn op de schouder gelegd van deze ambtsdrager Christus, om Sion, Gods volk, te verlossen van de zonden.

Direct na de zondeval, toen heel Gods werk op een mislukking leek uit te lopen, toen stond Christus, direct klaar om het werk van Zijn Vader te redden.
En geen macht van dood of satan kan Hem van dat ambt afhalen.
Geen duivel of hel kan onze gezalfde Vorst verslaan.
Want Christus de Gezalfde overwint als onze eeuwige Koning alle tegenstand.
Als onze enige Priester kocht Hij met Zijn bloed de verzoening van al onze zonden; en als onze hoogste Profeet laat Hij de troost van Zijn macht en van onze verzoening preken.

Ziet u, hoe de Zoon van God als ambtsdrager in de dienst van Zijn Vader doorwerkt aan de totale verlossing van Gods volk; en hoe Hem alle macht gegeven is om over Sion, de heilige berg waar God woont te midden van Zijn volk het eeuwig zalig leven te geven.
Dat is voor ons de boodschap, het Evangelie, in die naam: Christus.

Wij hebben nu nog te maken met dood en graf; met verdriet, moeiten en vragen, maar (broeders en zusters) we hebben Gods beloften dat de ambtsdrager Christus overwint.
Zoek dan te Sion (de plaats waar God woont) uw rust!
Want onze kracht ligt niet in het rumoer van de revolutie zoals onder de volken, wij leven onze Vaders Woord dat in Christus is gegarandeerd.
Nadat Hij op de dag van zijn opstanding de poorten van de hel heeft Hij gesloopt werkt Hij nu vanuit de hemel profetisch, priesterlijk en koninklijk verder om (naar het raadsplan van God in opdracht van zijn Vader) aan ons de verzoening uit te delen.

(II:)
Psalm 2:7, ‘ik zal het besluit bekend maken: de Here heeft tegen Mij gezegd U bent mijn Zoon’.
De Koning ambtsdrager Jezus Christus neemt hier het Woord.
De Here heeft gezegd. Ja Vaders Woord is voor Christus de opdracht -tot -zijn werk in de Schriften staan de beloften dat de Here God zijn gezalfden (Christus en de christenen) alles geeft om voor Hem te werken.

Die Schriften leren ons Gods werkplan.
Studeer daarin broeders en zusters, jongelui, want je kunt er niet buiten.
Gods Woord is de lamp voor onze voet, daar putten we telkens weer nieuwe krachten uit in de zorgen en de strijd van dit leven.
Daar wordt het ons verzekerd dat we een God hebben die altijd met ons meegaat.
Precies zoals de reuk van de zalfolie met de gezalfden meegaat, zo gaat God met Zijn kinderen mee.

Want er zijn nog steeds veel zorgen. De spanningen tussen de kerk en de wereld nemen toe.
We merken hoe mensen zich met een eigen wereldbeeld boven de kracht van het profetisch Woord proberen sterk te maken.

En hoe moeten wij vaak worstelen om in dat krijgsrumoer van de revolutie de rechte weg te vinden.
Maar we hebben dat betrouwbare Woord van Gods verbond broeders en zusters, als de vaste grond om verder te leven en te strijden.

Zowel in het bijzonder ambt alsook voor u in het ambt van alle gelovigen is dat Woord het enig veilig kompas en de vaste troost;
En juist die Gezalfde Christus, de unieke Ambtsdrager, die de wil van God uitvoert,
Hij maakt als onze hoogste Profeet en Leraar ons het Woord van God bekend!
Onder de heerschappij van deze gezalfde als onze eeuwige Koning is de kerk veilig te midden van een wereld die zich steeds meer verzet tegen de wet van God.

Als de gevaren van de revolutie ons dreigen te overrompelen mogen wij (christenen) schuilen bij onze Ambtsdrager Jezus Christus.
Onder Zijn bescherming kunnen wij ons ambt opnemen en in het geloof met Christus meewerken aan de overwinning. Want Christus is de Gezalfde!
Vader Zelf, de Almachtige God van hemel en aarde staat met Zijn liefde achter Hem.
Want in Hem bundelen zich alle ambten. Met Zijn eeuwig koningschap beveiligt Hij ons; met Zijn Woord en Geest regeert, vergadert en beschermt Hij het uitverkoren volk van God.

Als Hogepriester legt Hij de verzoening die Hij voor ons heeft verdiend neer bij Zijn Vader.
Vervuld van de glorie van Zijn opstanding pleit Hij nu in de hemel voor ons aan de rechterhand van de Vader.

In leven en sterven; in voorspoed en tegenspoed; gezondheid en ziekte is deze Christus ons houvast.
En ook wanneer u gebukt gaat onder uw zonden pleit dan op deze voorbede van onze enige hogepriester!

Want broeders en zusters, Hij blijft altijd bij de Vader voor ons bidden, opdat wij Vader mogen naderen in ons gebed en ons van onze verzoening zeker weten.

Om Christus wil zal Hij vergeving schenken met een overvloed aan genade.
De zekerheid daarvoor ligt in het werk van de unieke Hogepriester Jezus Christus die voor ons heeft geleden en Zijn bloed voor ons heeft vergoten, kijk Hij regeert alles.

Al spannende volken zich samen: Christus zal hen stuk slaan als pottenbakkerswerk.
De duivel en zijn trawanten kunnen de kerk niet vernielen, want wij hebben Vaders Zoon als onze held aan boord.
Want die enige Hogepriester is tegelijk onze eeuwige Koning.

Zondag 12 is geen afstandelijk evangelie maar alledaagse werkelijkheid.
Immers wanneer wij moeiten meemaken en moeten worstelen om klaar te komen met onze levensvragen, moeten we ons hoofd oprichten en letten op die ene unieke en volkomen Ambtsdrager aan Vaders rechterhand.
Hij regeert en heeft de vergeving van de zonden voor ons verdiend.
Dat is de troostvolle prediking van Zijn naam: Christus – Gezalfde.

Dat geeft ons uitzicht in dit moeitevol leven.
Want wij kunnen elkaar niet helpen met onze woorden;
een bemoediging vanuit de eigen ervaring duurt altijd maar zo kort;
Daarom zeggen we het nu al tegen elkaar:
we hebben de troost van de zaligheid van het eeuwige leven, want in de geloofsgemeenschap met de Gezalfde zijn we onoverwinnelijk: ook voor slopende ziekten en voor de afbrekende dood.

Vader geeft in Christus krachten, schatten en zeer veel genade.
Let maar op Zijn offergang: Hij ging door de dood heen naar het leven; door de hel heen naar de hemel.
En omdat Hij dat deed als onze Profeet, priester en Koning delen wij mee in Zijn overwinning.

(III:)
Vergelijk antwoord 32.
Wij worden christenen genoemd omdat we door het geloof deelhebben aan Christus en aan Zijn zalving!
Door het geloof zijn ook wij gezalfden: ambtsdragers.
Om Christus wil leven we onder de toerusting van de Heilige Geest. om te werken onder de opdrachten van Vader.
Loop nu niet onder die roeping vandaan, want dan verloochent u uw naam van christen en bent u ongehoorzaam aan Vader in de hemel.

Houdt temidden van het gebrul van de revolutie het vaandel van Vaders Woord omhoog!
Laat de wereld het maar weten dat ons vertrouwen ligt in Christus die in de hemel is.
Laten dat geen mooie woorden zijn voor in de kerk, maar neem dit mee als Evangelie.
Zowel bij het ziekbed van hen die ons lief zijn, maar ook op de werkvloer.

Lééf steeds als christen!
Belijd als profeet dat u een gekochte bent met het bloed van Christus en daarom niet meedoet in het vermaak en de hoogmoed van de revolutie.

Stel als priester uw leven dankbaar in dienst van onze Vader in de hemel.
Want we zijn met Christus ook koning.
Met Hem hebben we zeggenschap over heel de aarde.
Vaders naam moet alle eer ontvangen. En dat kost strijd.
Maar wel een strijd die om Christus wil zeker is van de overwinning.
Wij hebben een verbond met onze grote Ambtsdrager Jezus Christus.
Hij ging zonder compromis de dood in: de hel.
Zo heeft Hij overwonnen.

Laten wij op deze Christus vertrouwen en Zijn naam belijden!
Maak Zijn besluit van verlossing bekend.
En wees daarbij zeker van de overwinning.
Want als christenen staan we niet voor een hopeloze zaak.
Vers 12, ‘welzalig allen die tot Hem de toevlucht nemen’.
Want in de schuilplaats van Hem, deze Zoon van de Allerhoogste is het veilig.
Ja om Hem mogen we zelfs eens wonen in de heerlijkheid bij onze Vader.

Broeders en zusters, Vader vernoemt ons naar zijn Zoon: christenen.
Christenen, die door het geloof deelhebben aan Christus en aan al Zijn schatten, en die om Christus wil een plaatst krijgen in dat grote geheel van Gods verloste volk, dat zal zingen van al Zijn gunstbewijzen.

Verloochen deze Christus nu niet.
Maar vertrouw op Zijn Koninklijke almacht, Zijn Priesterlijke genade en Zijn Profetisch woord.

Onder de trouwe zorg van deze Christus – Ambtsdrager, zijn we (christenen!), beveiligd voor de dood en op weg naar het eeuwig zalig leven:

AMEN